Enschede, 15 december 1999

Bescheidenheid siert de sufferd

Eén van de aforismen die in de boom van mij jeugd hingen was 'Bescheidenheid siert de mensch'. En nog steeds als ik filmbeelden zie of radiogeluiden hoor uit die tijd, dan druipt deze deugd eraf als het vet van een grillende kip. Het werd de wederopbouwende generatie in de porieën geperst, want bescheiden naturen zijn de menschen waarmee deltawerken, bijlmermeren en sosjale stelsels kunnen worden gebouwd. Als je in die tijd naar de bioscoop ging dan toeterde Philip Bloemendaal je op gezaghebbende toon dit soort ronkende inprentingen in de oorschelpen. Wie niet geoefend is in het wantrouwen van alles wat zegt gezag en orde te vertegenwoordigen, slikt het voor zoete koek en het was voor menigeen een geruststellende gedachte bij het slapen gaan, na een lange dag vol wederopbouwwerkzaamheden. Het kan haast niet anders of er beklijft ook in de latere levensfases iets van de normen en waarden uit de jeugd. Ook ik meende dat bescheidenheid mij enorm zou sieren en ik heb me er dan ook buitengewoon in bekwaamd. Dat leidde er op zeker moment toe dat ik de facto niet eens meer bestond, omdat ik er in was geslaagd volstrekt onopgemerkt te blijven. Ik was daar niettemin niet ontevreden over onder het motto 'beter bescheiden en vol dan luidruchtig en hol '. Met zulk een toppositie in bescheidenheid kon succes op de maatschappelijke ladder niet lang uitblijven en aangezien ik toch niet bestond en derhalve alle tijd had voor andere zaken, nam ik eens een boek ter hand. Daarin trof ik de volgende frappeerde zinsnede aan: "bescheidenheid is een eigenschap van de lower-middle-class" (of de upper-lower-class, daar wil af wezen). Oeps. Zou dat mijn bescheiden positie op de maatschappelijke ladder verklaren. Time for a change? Of zullen we het beproefde wapen der relativering maar weer eens uit de kast trekken om de boodschapper van het slechte nieuws tot nul te reduceren. Vooreerst maar eens de hele opmerking terzijde geschoven en onverdroten voortgegaan met bescheiden wezen.

Maar sindsdien kriebelde het aan mijn kwabben en die jeuk werd dermate onverdraaglijk dat ik mijn resterende grijze cellen aan het werk heb gezet. Dat waren ze sinds lang niet meer gewend dus het heeft even moeten duren voordat ze op temperatuur waren. In het begin meende ik te kunnen volstaan met de constatering dat er ook personen van koninklijke bloede konden worden aangewezen op wie het atribuut bescheidenheid van toepassing genoemd kon worden. De schrijver had dus ongelijk, want personen met koninklijk bloed behoren vrijwel altijd tot de hogere regionen der sosjale ordening. Maar wie was de schrijver (m/v) eigenlijk en hoe kwam hij tot zijn uitspraak ? Ik wist het niet meer. Misschien had ik het gelezen in het boek 'Het misverstand opvoeding' van Judith Rich Harris omdat dit het enige boek was uit het veld der mensch-wetenschappen dat ik recentelijk had geprobeerd te lezen. Maar ik wist het niet zeker meer. Niettemin leek het me een uitspraak uit een Amerikaanse doos. Nog een reden om de uitspraak tot banaliteit te reduceren. Want wat weten die Amerikanen er nu van nietwaar ? Daar hebben ze geen personen van koninklijke geboorte en je stelt er alleen wat voor als je bent opgeklommen van krantenjongen tot miljonair. Het rijk van het kwaad voor een ieder die geen warm voorstander is van de vrije markt. En iedereen weet dat de vrije markt een speeltuin is voor blaaskaken en vechtersbazen, waar fatsoenlijke en bescheiden menschen niet veel anders kunnen dan zich laten opnemen in de legerscharen der ondernemers. Hun enige kans tot overleven in zulk een biotoop. Het is dus ook niet verwonderlijke dat er dan een sosjale structuur ontstaat waarin bescheiden menschen hun leven moeten slijten in die regionen van de maatschappij die door de uit dezelfde structuren voortkomende menschwetenschappers worden benoemd als 'lower-middle-class'. In andere samenlevingen zijn er andere assen waarlangs de sosjale ordening plaatsheeft, zoals intelligentie en anciëniteit en vast nog veel meer, maar daar moet u maar eens een antropoloog over raadplegen. In een pluriforme maatschappij als de onze kunnen vele van zulke hiërarchische structuren naast elkaar bestaan en in al deze structuren zullen er menschen zijn die zich willen opwerken van laag naar hoog. Alleen dat laag en dat hoog lijkt me voor alle pyramides een gegeven. Kennelijk wil onze perceptie dat nu eenmaal zo. Maar welke pyramide je ook kiest om naar de top te klimmen, voor allemaal geldt dat bescheidenheid de eigenschap is waarmee je op de onderste trede blijft zitten en die dus altijd zal worden aangemoedigd en bevorderd door de bewoners van de bovenste verdiepingen. Alleen als je al aan de top zit kun je je bescheidenheid als deugd veroorloven. Maar in zulk een positie verwijl ik nog niet en daarom laat ik u bij deze weten dat ik heb opgehouden niet te bestaan. Ik ben nu druk doende met het bijschaven van eigenschappen die mij op de weg naar boven te goede zullen komen zoals blaaskaken en inflateren. Voor het eerste volg ik momenteel een cursus midwinterhoornblazen en voor het tweede neem ik op advies van een deskundig chromatisch haptologosoof dagelijks een secuur afgemeten dosis zelfrijzend bakpoeder tot mij. Kortom ik werk aan mijzelf en daar zult u binnenkort meer van horen, want ik blaat dus ik bestaat.

maXchulte.