Standaard of Geen Standaard? Dat is de kwestie!.

8 december 2002

Laatst wilde ik enkele videoopnamen (viedeejoowopnamen?) overzetten op een videoband. De bij de videocamera aangeleverde verbindingskabel kon niet direct worden aangesloten op de videorecorder. Hiervoor was een verloopstuk nodig naar een Scart-aansluiting. Zoéén had ik al eens aangeschaft voor de aansluiting van dezelfde videocamera op mijn televisietoestel. Dat gaat goed, maar op de videorecorder wilde hij niet passen. Hetgeen als curieus aangemerkt mag worden aangezien hier sprake is van een gestandaardiseerd interface: SCART. Nu lag het ook niet zozeer aan deze aansluiting alswel aan de behuizing ervan in de adapter. Deze was groter dan de ruimte die de fabrikant van de videorecorder ervoor had opengelaten.

Ik besloot dan maar een beter passende adapter te gaan kopen. Dat bleek niet zo eenvoudig, want de meeste winkels verkochten slechts het model waarvan ik al wist dat het niet paste. Bij zo'n rondgang scoor je vele ongelofelijke blikken van verkopers die weigeren te geloven dat de adapter niet past. Het is immers een Scart-adapter? Die passen altijd. Standaard weet-u-wel. De geachte klant zal wel weer zo'n hopeloos a-technische sufferd zijn, staat op hun wenkbrauwen te lezen.

Na lang zoeken dacht ik er één gevonden te hebben die wel eens zou kunnen passen. Voor de zekerheid bij aanschaf de voorwaarde bedongen dat ik hem terug kon brengen, mocht dit onverhoopt niet zo blijken te zijn. En wat bleek? Inderdaad. Niet alleen bleek ook deze behuizing een fractie te groot; daarnaast had deze fabrikant de aansluit-connectoren niet aan de achterkant van de adapter gemonteerd, maar aan de bovenkant. Althans, dat dacht ie vermoedelijk. Want als ik de stekker op de enig passende wijze aan de videorecorder probeerde te koppelen, bleken de connectoren voor de 3 camera-snoertjes aan de onderkant te zitten. Waardoor er geen ruimte overbleef om het snoer aan te sluiten. Om moeizame discussies te voorkomen heb ik het apparaat uitgebouwd en meegenomen naar de leverancier en daar hebben we samen hartelijk gelachen over zoveel domheid. Uiteraard was de leverancier van mening dat de fabrikant van de video-recorder alle blaam trof. Het leek hem ondenkbaar dat adapter-fabrikanten fouten konden maken, zonder dat hij als wedervekoper dit zou hebben opgemerkt. Voor de goede orde zij vermeld dat de videorecorder van een gerenommeerd merk was en de adapter "made in China".

Uiteindelijk bleek de oplossing voor mijn aansluit-probleem gelegen in het afzagen van een klein hoekje van de adapter die ik nog bezat. Ik stond versteld van mijn eigen inventiviteit.

De afgelopen weken ben ik druk doende geweest een kinderzitje te monteren achter op de fiets van mijn vrouw. Na een heleboel geklungel met twee verschillende zitjes, twee verschillende fietsen, één speciale aansluit-beugel en daarnaast een heleboel tijd, geld en moeite is het me uiteindelijk gelukt de boel zodanig bevestigd te krijgen dat het zitje zat. Ook hier bleek een zaagsnede tot de oplossing te leiden. Door een reepje van het fietssleuteltje af te zagen kon de speciale aansluitbeugel gemonteerd worden, waarmee het zitje uiteindelijk boven de bagagedrager kwam te hangen in plaats van erachter. Ik moet nu alleen nog iets verzinnen om te voorkomen dat de fietstassen, die onontbeerlijk zijn als je een kind achterop hebt, niet tegen het achterwiel aanschuren.

De moraal van dit verhaal is dat je als consument volstrekt machteloos bent tegenover de leveranciers van rommel en dat de politiek zich veel intensiever moet bezighouden met de bescherming van die consument. Dan krijgen we tegelijk ook meer aandacht voor de vaak geroemde maar in de praktijk ver te zoeken kwaliteit. Veel produkten kenmerken zich door de wens van de fabrikant om zich er zo gemakkelijk mogelijk van af te maken. Klagende consumenten kunnen gemakkelijk afgebluft worden. Hele televisieprogramma's en zelfs een heuse consumentenbond bestaan bij de gratie van dit fenomeen. Persoonlijk vind ik het nogal bizar dat ik me tot dergelijke organisaties moet wenden om mijn gelijk te krijgen. Nou ja gelijk? Meestal draait het uit op coulance. Maar ik wil geen coulance; ik wil recht en ik wil compensatie voor de vergeefse tijd en moeite die ik moet spenderen om het gekochte produkt aangesloten te krijgen. Consumenten moeten het recht krijgen om van leveranciers compensatie te verlangen voor vergeefse pogingen het gekochte aan de praat te krijgen.

In het geval van de manke adapter zou ik als consument klem komen te zitten tussen de beweringen van de leveranciers van apparaat en adapter die elkaar wederzijds zullen verwijten zich niet aan de standaard te houden. Een kwestie voor advocaten en niet voor consumenten. Deze dient voor zulk ongemak beschermd te worden.

In het geval van het fietszitje ligt het ingewikkelder. Hier zou eens nagedacht moeten worden over een klassificatie van fietsen, waarbij de consument alvorens tot aanschaf over te gaan zou kunnen zien welke aanpassingen er aan zijn fiets aangebracht kunnen worden met op de markt verkrijgbare spullen. Kan er een kinderzitje op mijn fiets met behoud van slot en fietstassen is dan de vraag. Alleen met zulke regels en voorschriften zullen fabrikanten gedwongen worden de functionaliteit van hun produkt niet op te offeren aan allerlei modieuze onzin, waarmee men de consument probeert te behagen. Impliciet een argument voor duurzaamheid.

Ik zou een boek vol kunnen schrijven over alle rommel (zie ook www.zwartboek.nl ) waarmee ik me in mijn consumentenhistorie heb laten afschepen. Ik zal u dat besparen, al kan ik het niet nalaten nog van een kleine anecdotische variant van gisteren te verhalen.

Ik zocht een vorstbeschermer voor mijn houten tuinhuisje. Gewoon een warmtebron met nul-graden thermostaat. In één bouwmarkt leek men keuze in overvloed te hebben. Men had het aanbod. voorzien van korte en bondige karakteristieken al samengevat op een flyer en daaruit bleek dat zeker apparaat het meest geschikt zou zijn voor mijn houten tuinhuisje. Toevallig stond er een reeds geopende doos van het betreffende apparaat in de stelling en ik diste daar de gebruiksaanwijzing eens uit op. Het eerste wat opviel was de dringende waarschuwing het apparaat niet te monteren op hout in verband met brandgevaar. Wat waren mijn rechten geweest als ik de geopende doos niet had gevonden? Had ik me weer een boel moeite moeten getroosten om het apparaat te ruilen. Gezeur om je verhaal te doen en pogen beleefd te blijven, want ze jatten wel je kostbare tijd met hun slordige gedoe. Het bracht me er toe te bedenken dat leveranciers verplicht zouden moeten worden de handleiding van al hun apparaten beschikbaar te hebben voor hun potentiële kopers. Ook dat zal wel een overheidsmaatregel vergen, want dat zulks op vrijwillige basis tot stand zou kunnen komen is een sprookje waar ik voorlopig nog niet in geloof.

Uiteindelijk ben ik de deur uitgegaan met een met olie gevulde radiator van het type V05. Dat stond op de doos althans. Dezelfde typeaanduiding stond ook op twee andere dozen van hetzelfde type, waarop evenwel andere radiatoren waren afgebeeld met andere specificaties. "Maar met dezelfde barcode!" merkte de medewerker op die ik om opheldering vroeg. Voor een verklaring ging hij op zoek naar een beter gekwalificeerd persoon. Een speurtocht waarvandaan hij nu nóg moet terugkeren. Onderwijl heb ik maar een gok gedaan en het meest geschikt ogende van de drie apparaten aan de kassa afgerekend. Nu maar hopen dat de goden van het klooimaaraan-walhalla dat vrije markt heet, mij eens gunstig gezind willen zijn.

Max Schulte

Enschede